Op de puinbergen van een station in Dresden toont kunstcollectief Ipihan de schoonheid van verval

Ipihan draaide in vier weken een tijdelijke expositie in elkaar op de restanten van een treinstation en een Villeroy & Boch-fabriek. ‘Het mooie en tegelijk tragische van deze plekken is dat er nog altijd zo veel materiaal en geschiedenis te vinden is.’

In een sjofele ruimte zonder dak, met een vloer bezaaid met spuitbussen en de muren bedekt met graffiti, staat een maagdelijk witte sokkel die je eerder in een museum verwacht dan op een stuk niemandsland in Dresden. Er staan drie witte spuitbussen op, maar dan gemaakt van gips. Beeldend kunstenaar Ties Ten Bosch gaf zijn werk de titel Could I be part of your party? Geen overbodige vraag, want vrijwel direct zette een van de plaatselijke graffitispuiters een tag dwars over de sokkel heen.

‘Het was nog een lelijke tag ook, anders had ik hem misschien wel laten zitten’, vertelt Ten Bosch aan een groepje inwoners van Dresden. Ze laten zich rondleiden over een terrein van 18 hectare in hun stad waar kunstenaarscollectief Ipihan (If Paradise Is Half As Nice) vier weken heeft gewerkt. De twaalf kunstenaars komen uit Rotterdam, Berlijn en Oslo.

In 1839 werd hier het Leipziger Bahnhof gebouwd, het station waar de treinen van Dresden naar Leipzig vertrokken. In 1856 volgde een porseleinfabriek van Villeroy & Boch, inclusief directeursvilla met oranjerie. Een jaar of dertig geleden werden de meeste gebouwen halfslachtig gesloopt. Op puinbergen van baksteen, beton en spoorbielzen is een bos gegroeid met robinia’s, berken, boswilgen en lijsterbessen.

Duizend shampooflessen

De twaalf Ipihan-leden voelen zich aangetrokken door bakstenen fabrieken en stedelijke rafelranden, door de schoonheid van verval. Zo raakten ze in eerdere edities verzeild in een leegstaande jutespinnerij, een warenhuis annex bakkerij, een noedelfabriek en een shampoofabriek. Stuk voor stuk complexen in het oosten van Duitsland, aan hun lot overgelaten sinds de faillissementsgolf na het einde van de DDR.

In die weken verlaten ze hun ateliers en experimenteren ze met nieuwe artistieke concepten en kunstwerken om uiteindelijk een tentoonstelling te bedenken die slechts één weekend voor het publiek te bezoeken is. ‘Het mooie en tegelijk tragische van deze plekken is dat er nog altijd zo veel materiaal en geschiedenis te vinden is’, legt Ties Ten Bosch uit. ‘In eerdere jaren troffen we duizenden shampooflessen en complete personeelsdossiers aan.’

Hoewel op dit terrein in Dresden vrijwel alles is gesloopt, biedt de ‘wildernis op ruïnes’ genoeg aanknopingspunten. Zo verzamelde Willem Besselink 1.500 oude bakstenen om een ronde muur te bouwen van anderhalve meter hoog. Mauerwerk Steinofen heeft dezelfde omtrek als de originele oven van Villeroy & Boch en staat op dezelfde plek.

Anders dan bij eerdere edities van Ipihan, hebben de kunstenaars in Dresden niet het rijk voor zich alleen. Het voormalige treinstation heeft zijn vaste gebruikers met eigen ongeschreven regels. Skaters en boksers delen een overdekt perron in de groene wildernis, graffitispuiters delen de weinige muren die nog overeind staan – elke paar dagen zijn ze weer compleet overgespoten. Naast een ander overgroeid perron is op betonnen dwarsliggers een woonkampje opgetrokken.

‘Is het legaal of moedig wat jullie doen?’, vraagt een van de Dresdenaren tijdens de rondleiding. Een beetje van beide, zo blijkt uit het antwoord. De eerste vijf jaar kraakte Ipihan de verlaten fabrieken, sindsdien leggen ze contacten met de projectontwikkelaars die de gebouwen hebben gekocht met het oog op een nieuwe bestemming.

In Dresden is het complexer. Ipihan is hier op uitnodiging van Geh8, maar deze culturele instelling is geen eigenaar van het terrein. Al jaren zijn er plannen voor een Globus-bouwmarkt en een Kaufland-supermarkt met gigantische parkeerterreinen. Of die er komen, is de vraag. In de stad aan de Elbe loopt een discussie over de vraag of een bouwmarkt en een warenhuis de beste herbestemming zijn.

Handgrepen aan boomstammen

Wat de Ipihan-kunstenaars betreft blijft de Alter Leipziger Bahnhof Dresden nog minstens honderd jaar een rafelrand. Michiel Jansen maakte in krap vier weken zelfs een aanzet voor wat een permanent landschapskunstwerk zou kunnen worden. Hij gebruikte het landschap als schetsboek. Verspreid op het terrein bracht hij zeven ‘markeringen’ aan. Zo legde hij een raster van takken en twijgen op de grond en effende hij een pad over een van de dichtbegroeide puinbergen.

De jonge landschapsarchitect Linde Keip, dit jaar gastkunstenaar bij Ipihan, wil nieuwsgierige inwoners van Dresden de merkwaardige schoonheid van deze plek laten ontdekken. Tijdens haar studie in Wageningen verdiepte ze zich in het gebruik van braakliggende stedelijke terreinen. In Dresden maakte ze een wandelpad over betonblokken die schots en scheef liggen. Ze plaatste handgrepen aan boomstammen, alsof het een wandelpad in de Alpen is. Zelfs een enkele bezoeker van boven de tachtig waagt zich aan de klauterpartij.

Of hun kunstwerken hier een lang leven beschoren zijn, daarover maken de Ipihan-kunstenaars zich geen illusies. Feit is wel dat hun benadering school begint te maken. In de zomer van 2023 zijn ze uitgenodigd als curatoren van de Salangen Biënnale, in en om een leegstaand fabriekscomplex 1.500 kilometer ten noorden van Oslo.

Let’s

Location

Berlin, Germany

Phone

+49 157 56728186